Staat biedt zwak verweer tegen aanklagers kraakverbod

Krakers demonstratie / squatters protest in Am...
Image by Newsphoto! via Flickr

Gisteren diende het kort geding dat Amsterdamse krakers aanspanden tegen het nieuwe kraakverbod. De Staat bleef in zijn verweer hangen in onduidelijkheden, want er is nog geen concreet beleid. De krakers zijn positief gestemd over de uitspraak die volgende week plaatsvindt.

“Elke keer als ik van mijn werk kom, ben ik bang mijn huis leeg aan te treffen. Als ik dan thuiskom en zie dat alles er nog is, zit ik nog steeds niet rustig. Want de politie kan zomaar binnenvallen, mij oppakken en mijn spullen op straat gooien.” Marieke (24), lange blonde haren, strakke zwarte jeans en roze beenwarmers, is kraker. Net als zo’n honderd anderen is ze donderdagmiddag naar de rechtbank van Amsterdam gekomen om het kort geding van krakerscollectief Schijnheilig tegen de Staat bij te wonen.

Ruim voor aanvang van de zitting staan de sympathisanten van de aanklagers al te wachten bij de rechtbank. Ze maken zich zorgen over de nijpende situatie van krakers in Nederland. Met de nieuwe wet die op 1 oktober van kracht is gegaan, verbiedt de regering het kraken van leegstaande panden en heeft de politie de bevoegdheid gekregen alle gekraakte panden te ontruimen.

– In Amsterdam zijn op dit moment naar schatting tweehonderd kraakpanden en rond de 1500 krakers.

– In andere gemeenten gaat het om ten hoogste enkele tientallen panden.

– Een op de twaalf woningen in Amsterdam staat leeg. Bij kantoren gaat het om een op de zes panden die leeg staan.

– Tot 1 oktober mochten panden die langer dan een jaar leeg stonden, gekraakt worden voor bewoning.

– De nieuwe wet maakt kraken en het verblijven in een kraakpand tot een misdrijf.

De aanklagers vinden dat een onaanvaardbare schending van het huisrecht. Ook hebben volgens hen de politie en het Openbaar Ministerie een te grote vrijheid bij het uitvoeren van de wet. De instanties mogen overgaan tot ontruiming zonder dat hier een rechter aan te pas komt. Maandag dient een soortgelijke zaak in Den Haag, 8 november is Utrecht aan de beurt.

Druppelsgewijs komen de belangstellenden via een buitendeur de rechtszaal binnen. Op de publiekstribune, achter kogelvrij glas, mogen ze de zitting volgen. “Zijn ze soms bang dan we de rechter met stenen bekogelen?”, vraagt een jongen zich hardop af.

Maar al gauw zitten ze doodstil op het puntje van hun stoel. De veelal jonge aanwezigen luisteren uiterst geconcentreerd naar de zitting die uiteindelijk drie en een half uur zal duren. “Ze doen pas volgende week vrijdag uitspraak”, fluistert een klein blond meisje met dreadlocks tegen een jongen die later binnenkwam en deze mededeling van de rechter had gemist.

Fundamenteel

Willem Jebbink pleit samen met collega-advocaat Rahul Uppal voor de krakers. Hij beroept zich in zijn pleidooi op het fundamentele huisrecht dat is vastgelegd in de Nederlandse grondwet en in internationale mensenrechtenverdragen. Ook krakers maken aanspraak op dit recht, stelt Jebbink. Zowel de Hoge Raad als het Europees Hof voor de Rechten van de Mens erkent immers dat huisrecht niet afhankelijk is van de vraag of het gebruik van de woning rechtmatig is.

Het huisrecht mag alleen door de staat worden beperkt als daar gegronde redenen voor zijn. Er moet een dringende maatschappelijke noodzaak bestaan. En volgens Jebbink is die noodzaak niet terug te vinden in de nieuwe wet. “Je kunt die afweging onmogelijk aan de politie en het OM overlaten. Die zijn niet onpartijdig. Het kan niet zo zijn dat mensen hun huisrecht wordt ontnomen, zonder dat een rechter eerst de belangen heeft afgewogen.”

“Iedere willekeurige politieman kan onaangekondigd een huis binnendringen en zelfs huisdieren die zich in de ruimte bevinden verwijderen en vernietigen”, gaat zijn collega Uppal verder. In de wet wordt nu met geen woord gerept over criteria voor dit optreden. “Dat zorgt voor ongebreidelde en ongecontroleerde maatregelen.”

Nagelbijtend luisteren de aanwezigen op de tribune naar het pleidooi van de advocaten. Uit hun tassen halen ze meegenomen boterhammen en flesjes water. Als de huisdieren ter sprake komen, breekt rumoer uit. Er wordt echter snel weer tot stilte gemaand. Het geluid uit de speakers staat zacht en niemand wil ook maar een woord missen van de reactie van de tegenpartij.

Eigendomsrecht

Landsadvocaat André ten Broeke is niet onder de indruk van de argumenten van Uppal en Jebbink. “De Staat is het niet met de krakers eens dat het huisrecht meer waard is dan het eigendomsrecht.” Rustig legt hij uit dat de kraakwet op democratische wijze tot stand is gekomen en dat het een maatschappelijk belang dient om panden te ontruimen. Hij vertrouwt hierbij volledig op de afweging van het OM. “De officier van justitie zal steeds onderzoeken of er sprake is van strafbare feiten voordat tot ontruiming wordt overgegaan.”

De landsadvocaat legt uit waarom het geoorloofd is te ontruimen zonder gerechtelijk bevel: “Als de politie een fietsendief op heterdaad betrapt en de eigenaar kan aannemelijk maken dat de fiets van hem is, mag de politie ter plekke de fiets terug geven. Het aanwezig zijn in een kraakpand is vergelijkbaar. Bij een ontruiming gaat het om het beëindigen van een strafbare situatie. Ik wil de aanwezigen er ook nog even aan herinneren dat de Raad van State akkoord is gegaan met de wet.”

Een wet dus die een maatschappelijk belang dient, zegt hij. Nancy, een van de aanklagers, betwijfelt dit: “Deze wet dient het belang van de huiseigenaren die een pand leeg laten staan om ermee te speculeren. Door panden leeg te laten staan wordt ons het woonrecht ontnomen. Is dat dan maatschappelijk belang?”

Geen concreet beleid

De rechter vraagt de landsadvocaat om verduidelijking rondom het punt van de ontruiming. “Worden de panden van tevoren ingelicht als ze ontruimd worden?” “Ja”, zegt Ten Broeke. Dan slaat de verwarring toe. De rechter herinnert hem eraan dat de driehoek van Amsterdam meerdere malen heeft verklaard geen aankondigingen te zullen doen van voorgenomen invallen. Elk kraakpand moest volgens de burgemeester vanaf 1 oktober rekening houden met onmiddellijke ontruiming.

Vragend kijkt ze Ten Broeke aan. “De soep wordt dus wat minder heet gegeten”, stamelt die. Dan geeft hij toe dat er nog geen concrete beleidslijnen zijn vastgesteld. Ten Broeke weet niet hoe lang van tevoren krakers worden ingelicht over een ontruiming. Ook niet of de gemeente inmiddels al aankondigingen heeft gedaan. Op de publieke tribune wordt de hakkelende landsadvocaat met hoongelach ontvangen. Tegelijkertijd is de verbazing groot. “Zegt hij nu dat we niet zomaar ontruimd kunnen worden?”

Of ze nu wel of niet moeten vrezen voor onaangekondigde invallen blijft na afloop een punt van discussie onder de aanwezige krakers. Maar over het algemeen zijn ze positief gestemd over de zitting. “En als we niet winnen, gaan we in hoger beroep”, zegt aanklager Ernst. “Zo nodig gaan we door tot het Europese Mensenrechtenhof in Straatsburg.”

Enhanced by Zemanta