'Samen komen we er wel uit'

Stadsdeel Amsterdam Zuid gaat het komende jaar 6,7 miljoen euro bezuinigen op een totale begroting van 267 miljoen euro. Welzijnsorganisatie Combiwel maakt zich ondanks de bezuinigen geen zorgen over de gevolgen hiervan voor het beheer van het grootste speelplein in de Pijp.

Foto: Napnieuws
Speeltuin Hendrick de Keijser. Foto: Napnieuws

Amsterdam, 7 jan – Een klein, blond jongetje met grote blauwe ogen, duwt het raampje van de deur voorzichtig open. “André, er zit een meisje vast op de wc. Ze kan er niet meer uit”, zegt hij op een verlegen toon. André Schoonhoven (53), beheerder van speeltuin Hendrick de Keijser in de Pijp, fronst. “Dat kan helemaal niet. De deuren zijn altijd open.” Toch tovert hij een grote sleutelbos tevoorschijn en loopt naar buiten, de regen in, naar de bezoekerstoiletten. De wc-deur vliegt met een ruk onmiddellijk open, aan de andere kant staat een huilend meisje. Een tel later staat ze weer vrolijk naast haar vriendinnetjes.

‘Frisbees zijn niet zo populair’

Schoonhoven is al tien jaar ‘hoofd’ van de speeltuin. Samen met twee andere, betaalde medewerkers en de hulp van drie stagiaires is hij verantwoordelijk voor het beheer van de speeltuin.

Zij houden de speeltuin schoon, doen klein onderhoud, letten op de kinderen en verzorgen de uitleen van onder andere voetballen, tennisrackets, hoepels en skateboards. “De frisbees zijn niet zo populair”, zegt hij terwijl hij de voorraad aan spullen laat zien. De overblijfkinderen van basisschool De Scholekster dringen aan de deur van het houten beheershuisje om een voetbal te lenen en om hun rugzakjes en handschoenen achter te laten.

Schoolplein

‘Veel scholen in de buurt hebben een te kleine, of zelfs geen, speelplaats”, vertelt een vrijwillige overblijfmoeder die niet met naam en toenaam genoemd wil worden (‘Dan herkennen andere, Marokkaanse moeders me’). Ze schuilt onder het afdakje van het beheerdershuisje. “Daarom spelen de kinderen in de pauzes op deze speelplaats.” Ze tuurt over het plein, om de kinderen goed in de gaten te houden. “Als er iets gebeurt hoor ik ze wel gillen.” De overblijfmoeder lijkt op haar wenken te worden bediend. Naast de houten picknicktafels is een jongetje gevallen. Als het jongetje getroost is, haast ze zich terug naar het afdakje. “In de zomer zitten we met veel moeders daar aan de tafels lekker te kletsen. Ook in de vakantie”, zegt ze terwijl ze naar de verregende picknicktafels wijst.

‘Alles gaat in goed overleg met het stadsdeel’

Welzijnsorganisatie Combiwel krijgt jaarlijks 120 duizend euro voor het beheer van de speeltuin. Erwin Remy, leidinggevende van het sportbuurtwerk in de Pijp van Combiwel: “Hiervan betalen we de drie vaste krachten en kopen we voetballen of nieuwe speeltoestellen als deze aan vervanging toe zijn.” Toch ziet hij de bezuinigingen niet als een beperking, omdat ‘alles in goed overleg gaat met het stadsdeel’. Ook de betrokkenheid van ouders en scholen bij het toezicht op het speelplein ziet hij als een oplossing voor de bezuinigingen. “Als de uren dat wij aanwezig zijn in de speeltuin eventueel moeten afnemen, dan zijn de buurtbewoners en scholen vaker zelf verantwoordelijk voor het toezicht.” Dat is nu voor 10.00 uur en na 18.00 uur ook al het geval. “Ik maak me geen zorgen. Wij werken goed samen met buurtbewoners en scholen. Samen komen we er wel uit.”

Talenknobbel

Speelplaatsmedewerker Nordin El Jatari (29), gekleed in een trainingspak van Combiwel, spreekt regelmatig kinderen en ouders aan op de omgang in de speeltuin. “Ik woon van kleins af aan in deze buurt, dus ik ken iedereen. Niet alleen de kinderen, maar ook de ouders. Ik spreek ook hun taal, Arabisch en Berbers, dus dat is handig als ze geen Nederlands spreken.” Volgens El Jatari worden zo ruzies tussen kinderen makkelijk opgelost en bijdehante kinderen gecorrigeerd.

Foto: Napnieuws
Kinderen van basisschool De Scholekster staan voor het beheershuisje. Foto: Napnieuws

Sinds 2009 is er vlak naast het Hendrick de Keijserplein ook een Franse school gevestigd. “Die kinderen die spreken nauwelijks Nederlands en hun ouders vaak al helemaal niet”, vertelt Schoonhoven. Volgens de beheerder pikken de Franse kinderen dankzij de interactie met de andere kinderen de Nederlandse taal wel snel op. “En ik heb vroeger wel Frans gehad op school, dus ik kan wel wat woorden wisselen met de ouders. Daar staan die expats meestal wel van te kijken”, zegt Schoonhoven grijnzend. Dan wordt hij aan de mouw getrokken door een meisje, of ze alsjeblieft de bel mag hebben. Schoonhoven reikt haar een koperen bel aan. Vrolijk rinkelend loopt het meisje met de bel over het plein. De bel is gegaan, het speelkwartier is over.

Enhanced by Zemanta