Vergeten pand op Herengracht wordt toch nog monument

Amsterdam telt volgens BMA momenteel 1500 gemeentelijke monumenten. Het merendeel bevindt zich in de binnenstad. Een pand krijgt de status van gemeentelijk monument als het wordt gezien als een lokaal cultureel erfgoed. Dit wordt bepaald aan de hand van een aantal criteria, opgesteld door de Gemeente Amsterdam, BMA en de Commissie voor Welstand en Monumenten.
Amsterdam telt volgens BMA momenteel 1500 gemeentelijke monumenten. Het merendeel bevindt zich in de binnenstad. Een pand krijgt de status van gemeentelijk monument als het wordt gezien als een lokaal cultureel erfgoed. Dit wordt bepaald aan de hand van een aantal criteria, opgesteld door de Gemeente Amsterdam, BMA en de Commissie voor Welstand en Monumenten.

Amsterdam, 26 jan – Menigeen dacht dat de 18e eeuwse Rococozaal in het pand aan de Amsterdamse Herengracht 550-552 al een monument was. Toen de nieuwe eigenaar deze zomer een bouwvergunning voor het pand aanvroeg, ontdekte men dat dit toch niet het geval was. Over twee weken krijgt het pand alsnog deze  status.

Op 8 februari roept de Commissie Bouw en Wonen van stadsdeel Centrum dit grachtenpand alsnog uit tot gemeentelijk monument. Dit op aanraden van het Bureau Monumenten en Archeologie (BMA) en de Commissie voor Welstand en Monumenten, die de schilderijzaal op de eerste verdieping van ‘unieke waarde’ vinden. Het hoge plafond, de gedetailleerde ornamenten, de marmeren schouw en de mensgrote schilderijen op de muur lijken eerder thuis te horen in een museum, dan in een zaal van een modern grachtenpand.

Samen met de omliggende panden, maakt de Herengracht 550-552 deel uit van een voormalig Fortis-bankgebouw. In de jaren zestig zijn deze panden bij een grote verbouwing samengetrokken, waarbij bijna de gehele binnenkant werd gesloopt. “Het bestaan van de schilderijzaal was wel bekend”, zegt Pieter Vlaardingerbroek van BMA. “Maar monumentenorganisaties gingen ervan uit dat deze door de verbouwingen in slechte staat was en besteedden er geen aandacht aan.” Onterecht, zo bleek. Vlaardingerbroek: “Eigenaren van het pand dachten dat het al lang een monumentale status had en hebben de zaal bij iedere verbouwing weer gespaard.”

In 2008 kwam het gebouwencomplex in handen van vastgoedbedrijf DVM b.v., die besloot het om te bouwen tot een luxe vijfsterrenhotel. Weer werd de binnenkant gestript. Pas toen DVM deze zomer een aanvraag deed bij de gemeente Amsterdam voor een bouwvergunning, werd ontdekt dat dit pand een monument zou moeten zijn. Om een vergunning te krijgen, moest van de gemeente eerst de historische staat van het complex gecontroleerd worden. Vlaardingerbroek werd er met een collega naartoe gestuurd. Zij stuitten op de schilderijzaal die nog in ‘briljante’ staat bleek te verkeren.

Vlaardingerbroek: “Toen we de zaal zagen, gingen we er automatisch vanuit dat het al een monument was. Maar bij nader onderzoek ontdekten we: ‘Verrek, dat ding is helemaal niet beschermd’!” BMA stuurde hierop een verzoek naar het stadsdeel Centrum om het pand op nummer 550-552 alsnog tot gemeentelijk monument te benoemen. Annette van Dijk van de Commissie voor Welstand en Monumenten vergelijkt de herontdekking van de schilderijenzaal met “een bonbonnetje waar een heerlijke crèmevulling in blijkt te zitten als je erin bijt”.

Zowel het dagelijks bestuur als de betrokken Commissie voor Welstand en Monumenten reageerden positief op het verzoek van BMA. Dit weekend kwamen zij tot een conceptbesluit waarin het pand de status van gemeentelijk monument krijgt. De stadsdeelraadsleden hebben tot  8 februari de tijd om op dit besluit te reageren. Uit een telefonische rondgang met de verschillende politieke partijen blijken zij allen positief tegenover het verzoek te staan.

De schilderijzaal van buiten
De schilderijzaal van buiten
De schilderijzaal van binnen
De schilderijzaal van binnen