Column: 20.00 tot 01.00: de klok slaat cee-oo-cee-ka

In iedere editie van NAP schrijft een van onze redacteuren een column naar aanleiding van een tijdstip. Vandaag slaat de klok een televisieavond lang, van 20.00 tot 01.00 uur. De programmering werd omgegooid vanwege het overlijden van ras-Amsterdammer en tv-icoon Piet Römer. Hij overleed gisteren op 83-jarige leeftijd.

Römer in 1981 in het programma Sterrenslag. Bron: Beeld en Geluidwiki - Gallery: Sterrenslag, via Wikipedia
Römer in 1981 in het programma Sterrenslag. Bron: Beeld en Geluidwiki - Gallery: Sterrenslag, via Wikipedia

AMSTERDAM, 18 januari- Ik zag gisteravond het schaamrood op de kaken van Piet Römer voor me. Zeker kon ik niet zijn, maar ik had hem een beetje leren kennen. In één avond. Tv-icoon van Baantjerfaam en rasechte Amsterdammer Römer overleed gisteren op 83-jarige leeftijd. Primetime televisie was uren aan hem gewijd. Als eerbetoon. Er werden vooral veel quotes gehaald. Van de barvrouw in het Jordanese Baantjercafé Lowietje tot zijn ex-collega’s. De ene BN’er over de ander. Daarnaast veel oude interviews, fragmenten. “Ik kreeg voor mijn verjaardag van mijn kinderen drie banden, uit archieven gehaald. Dan zie ik dus een aantal producten die ik de afgelopen jaren heb afgescheiden. Het schaamrood op de kaken. Het glazuur springt van mijn tanden. Het is niet te vreten wat je de mens hebt aangedaan.’’ Was getekend: Piet Römer, begin jaren 90 in een interview met Ischa Meijer. Hij had eens moeten weten.

Het was natuurlijk wel goed bedoeld, niets dan respect was er. Louter lof. Oud-Baantjercollega’s in De Wereld Draait Door: “Het was zo’n vakman, hij leefde voor zijn vak.” Oud-regisseurs in lange journaalitems: idem. Eigenlijk is daar niets aan. Anderen die over je praten. Het voegt zo weinig toe, het typeert je persoon zo oppervlakkig. Als je dood bent ben je de regie over je leven kwijt. Ik zou dat beangstigend vinden, Römer waarschijnlijk al helemaal. Ik vernam tijdens de avond dat hij als acteur zo moeilijk te regisseren was geweest. Ga maar na.

Mijn gedachten dwaalden af naar een van de eerste scènes uit de vorig jaar verschenen film Submarine van de Britse regisseur Richard Ayoade. Daarin stelt tienerhoofdpersoon Oliver zich zijn eigen overlijden voor. Hij ziet jankende menigtes voor zich, aan hem gewijde nieuwsbulletins. Een heel land in rouw. Waanbeelden, want niemand erkent hem. Römer was wel een dergelijk icoon en aan hem werd veel aandacht geschonken. Anderen hadden het ook echt over hem. Maar ik kende Römer de persoon niet en leerde van die anderen Römer de acteur kennen.

Nee, mensen zijn in veel gevallen leuker als ze over zichzelf praten. Zeker als ze begenadigd vertellers zijn. Römer kwam over als een goed voorbeeld hiervan. In een oude uitzending van Villa Felderhof of in een interview van twee jaar geleden met Han Peekel voor het programma TV-Monument. Het was al na middernacht, het was al niet meer de dag van zijn overlijden. Ik leerde de man achter Römer toen pas echt kennen. De man die, 81 jaar oud, tegen Peekel zei zich af en toe 82 te voelen, maar toch meestal 42. De man die vliegen veevervoer op grote hoogte vond.

Vijf uur lang had ik een spoedcursus Römer gehad, zijn cv kon ik die nacht dromen. Ik zag kastelein  Kootje de Beer uit Het Schaep met de 5 Pooten. Ik zag Dirk Stiefbeen uit Stiefbeen en Zoon. Ik zag de Cock met ceeooceeka. Maar vooral een man, en dat kon alleen Piet Römer mij zelf vertellen, die vond dat er in Amsterdam geen behoorlijk glas wijn te krijgen viel.