Economische spagaat langs de Noord/Zuidlijn

Schermafbeelding 2016-01-22 om 10.24.06

CENTRUM/OUD-ZUID. Meeprofiteren van de extra klandizie na de opening van de Noord/Zuidlijn, dat werd kleine winkeliers op langs de Noord/Zuidlijn voorgehouden door de gemeente. Na een decennium van bouwoverlast is het de vraag of dit gaat gebeuren. Nu het eind van de bouw in zicht is dreigen kleine winkeliers de extra klanten nooit te zien te krijgen. Door de explosief gestegen huurprijzen kunnen kleine winkeliers na afloop van hun contract niet op hun huidige locatie blijven.

“Twaalf jaar in de ellende door de bouw en nu weer slapeloze nachten.” Henkjan Buis leunt met één arm op de houten stellage midden in zijn winkel, waarop flessen drank staan uitgestald. Buis runt met zijn vrouw Edith Slijterij Boorsma op de Ferdinand Bolstraat. Het echtpaar Buis is één van de winkeliers die vrezen voor de nieuwe huurprijs na verloop van hun contract. “Wij hebben gehoord van de verhuurder dat de prijzen wel eens met 20 tot 30 procent toe kunnen gaan nemen.”

Nu de grootste bouwwerkzaamheden zijn afgerond dreigt de Noord/Zuidlijn voor kleine winkeliers alsnog een strop te worden. Naar verwachting is de Noord/Zuidlijn eind 2017 klaar, tien jaar later dan gepland.

Dat de Noord/Zuidlijn voor ondernemers langs de lijn kansen zou bieden was voor de gemeente duidelijk. ‘Door de komst van de Noord/Zuidlijn zal De Pijp zich ontwikkelen tot een economisch sterk gebied waar ondernemers van kunnen profiteren.’ Zo staat het verwoord in de gebiedsagenda 2016-2019 van stadsdeel Zuid. In 2003 werd het aantal reizigers, ‘potentiële nieuwe klanten’, geschat op 200.000 per dag. Ruim tien jaar later bleken die aantallen te optimistisch. Het aantal dagelijkse reizigers komt uit op iets meer dan 100.000. De woordvoerder van wethouder Litjens (VVD), die belast is met de portefeuille Vervoer, benadrukt dat het om indicaties gaat, die in de praktijk anders uit kunnen vallen.

Zijstraten
Onzekerheid over het aantal reizigers dat de lijn gebruikt is voor Henkjan en Edith Buis niet de enige tegenvaller. “Kleine winkels moeten verhuizen naar de zijstraten vanwege de stijgende huurprijzen. Daar komen die potentiële nieuwe klanten nauwelijks.”

De gemeente Amsterdam erkent het probleem voor de kleine winkelier. “De gemeente zet vooral in op extra juridische hulp en het helpen met vinden van alternatieve winkelruimte voor kleine winkeliers. In zijstraten bijvoorbeeld”, zei burgemeester Van der Laan afgelopen woensdag in de gemeenteraadsvergadering. Woordvoerder van de burgemeester, Jasper Karman, begrijpt dat kleine winkeliers mee willen profiteren van de Noord/Zuidlijn, maar zegt dat het beïnvloeden van huurprijzen niet binnen hun mogelijkheden ligt, omdat het om landelijke wetgeving gaat. “De gemeente heeft een verzoek ingediend bij het Ministerie van Economische Zaken. Wetgeving moet de mogelijkheid bieden om de termijn van een vaste huurprijs met vijf jaar te verlengen. Zo kunnen stijgende huurprijzen worden gedempt.”

‘Marktconforme prijs’
Pandeigenaren zullen geen langere huurcontracten gaan afsluiten volgens Peter Doeswijk van Ondernemersvereniging ‘De Vijzel’. Hij noemt het streven van de gemeente ‘nobel’, maar niet realistisch. “Je ziet het nu al gebeuren. Pandeigenaren laten hun winkelpand liever een tijd leegstaan dan dat ze het langer verhuren voor eenzelfde prijs. De gemiste huur halen ze bij verhuur rond de opening van de Noord/Zuidlijn dubbel en dwars weer in.”

De voorwaarden van de huurovereenkomst worden altijd gerespecteerd, maar zodra een winkelpand leeg komt wordt deze tegen “marktconforme prijs” opnieuw verhuurd. Dit laat David van der Boon van makelaar Kroonenberg Groep weten. Kroonenberg Groep verhuurt winkelruimten op de Ferdinand Bolstraat aan onder andere kleine winkeliers. Op de vraag of de makelaar bereid is in dialoog te gaan met kleine winkeliers geeft Van der Boon geen antwoord.

“Zonde van het unieke karakter van de buurt”, vinden Henkjan en Edith Buis. “De hele straat vult zich langzaam met ketens, omdat die de huur kunnen betalen. Mensen kwamen altijd naar De Pijp voor de kleine boetiekjes. Dat raken we nu kwijt.”