Nepnieuws in Nederland: een gevaar voor de verkiezingen?

Nederland kiest in maart dit jaar een nieuwe Tweede Kamer en de aanstaande verkiezingen brengen zorgen met zich mee. In de Verenigde Staten werd op grote schaal nep nieuws verspreid tijdens de campagnes. Samen met een internationaal team van data-analisten, programmeurs en communicatieontwerpers georganiseerd door de Universiteit van Amsterdam hebben wij aan de hand van data onderzocht of er een nepnieuwsklimaat in Nederland heerst, dat de uitkomst van de verkiezingen zou kunnen beïnvloeden.

Amsterdam – Wij leven in onze eigen bubbel van interesses. Sociale media websites zoals Facebook registreren de links waarop wij klikken en daardoor ontstaat er een profiel van ons. Nieuws en reclames worden vervolgens aan de hand van dat profiel afgestemd op onze behoeftes. In dagblad Trouw vertellen Marcel Becker, universitair docent ethiek aan de Radboud Universiteit, en mathematicus en filosoof Bart Jacobs dat juist de persoonlijkheid van het aangeboden nieuws hen zorgen baart. ‘‘Natuurlijk is het prettig om nieuws te lezen dat je eigen (voor)oordelen bevestigt. Je gaat er zelfs meer in geloven. Maar het draagt niet bij aan een open, inhoudelijk debat voorafgaand aan verkiezingen. Degene die de zelfbevestigende werking van bubbels door heeft, kan er handig gebruik van maken door heel gericht nepnieuws te injecteren in bepaalde bubbels.’’

Becker en Jacobs vrezen met name dat Russische hackers gebruik zullen maken van de werking van bubbels. De Russische regering heeft namelijk baat bij een Nederlands parlement dat de Russen goed gezind is. Het nieuwe parlement zal beslissingen moeten nemen over het onderzoek naar de vliegramp met MH17. Daarnaast bestaan spanningen over het Oekraïneverdrag. Volgens Becker en Jacobs leven veel mensen ten onrechte in de waan dat de Nederlandse verkiezingen niet interessant zijn voor de Russen. Circuleert er veel nepnieuws in Nederland? En zo ja, hoe gevaarlijk is dat?

Nep nieuws definiëren

Melissa Zimdars, universitair hoofddocent communicatie aan het Merrimack College, heeft een lijst met nepnieuwswebsites gepubliceerd waarin ze getracht heeft de verschillende soorten nepnieuws te categoriseren. Haar lijst is door velen geprezen, maar ook zwaar bekritiseerd. In reactie op haar lijst kwamen er ook nepnieuwslijsten online te staan waarop gevestigde persorganisaties zoals The New York Times en CNN stonden, omdat die ook soms clickbait gebruiken. Zelfs president Trump schermt nu met de term, verwijzend naar CNN en andere gevestigde media die hem geregeld kritisch bevragen.

Het is geen makkelijke taak om nepnieuws te definiëren. Nieuwsmakers van de traditionele kwaliteitsbladen streven ernaar om zo objectief mogelijk zijn. Bij nepnieuws denken we vaak aan misleidend politiek nieuws dat onjuiste informatie bevat. Maar wat te denken van satirisch of ironisch nieuws, sterk opiniërend of sturend nieuws (vaak alternatief nieuws genoemd), clickbait of conspiracy websites? In al deze categorieën gaat het vaak om feitelijke onjuistheden, maar het doel van de berichten verschilt per genre. Satirische websites zoals die van De Speld zijn in het leven geroepen om mensen aan het lachen te maken, niet om de verkiezingen te beïnvloeden.

Nepnieuws wordt dus pas een probleem op het moment dat het politiek geënt is en wordt gemaakt door mensen die daar gecalculeerde bedoelingen mee hebben, zoals de clickbait makers in Macedonië. Het wordt pas echt gevaarlijk als deze berichten talloze keren worden gedeeld op sociale media. Hierdoor kan er een misbalans van informatie ontstaan. Fake news – hoe we het ook definiëren – zorgt er uiteindelijk voor dat mensen door de hoeveelheid van meningen door de bomen het bos niet meer zien, waardoor de autoriteit van kwaliteitsjournalisten wordt ontkracht. Dit doet de journalistiek op haar grondvesten schudden.

Factcheckers

Om dit soort nepnieuws te bestrijden zijn zogenaamde factcheckers in het leven geroepen: organisaties die zich bezighouden met het verifiëren van de feiten die als waarheid worden gepresenteerd op nepnieuwssites. Een bekende verificatiewebsite in de VS is Factcheck.org. Medewerkers van deze website struinen het internet en offline media af voor onwaarschijnlijke uitspraken van journalisten, politici en bewindspersonen, checken de juistheid van die uitspraken en ontkrachten die als ze onjuist blijken te zijn. De oplettende burger die iets onwaarschijnlijks tegenkomt kan de juistheid daarvan op die manier nagaan. Dat is fijn, maar sommige mensen nemen deze onzin voor waarheid aan of kunnen het onderscheid tussen feit en mening, satire en werkelijkheid niet maken.

Ook in Duitsland treedt bondskanselier Angela Merkel op tegen nepnieuws. Facebook gaat samen met journalistieke organisaties maatregelen nemen tegen de verspreiding van nepnieuws in Duitsland. Villamedia meldde drie dagen geleden dat Duitsland het eerste Europese land is waar Facebook op deze manier te werk gaat. Dubieuze berichten zullen worden gecontroleerd door het journalistieke onderzoekbureau Collectiv. Daarnaast kunnen gebruikers die het vermoeden hebben dat een bericht op Facebook nep of misleidend is, dit aanmerken als ‘nepnieuws’. Dit lijkt een belangrijke stap in de strijd tegen nepnieuws want sociale media zoals Facebook worden bij uitstek gebruikt bij de verspreiding ervan.

Methodologie

Het uitgangspunt van ons onderzoek was de lijst van nepnieuws websites die de Hoax-wijzer heeft gepubliceerd. Deze lijst is samengesteld met de hulp van bezoekers die melding maken van dit soort websites. De Hoax-wijzer brengt de websites niet onder in verschillende categorieën, maar geeft wel aan dat er verschillende soorten nepnieuws bestaan, namelijk satire, clickbait, radicale propagandistische websites, pseudowetenschappelijke- en kwakzalverijwebsites en complottheorieënwebsites. Wij hebben handmatig alle websites bekeken en hebben de sites die niet op nieuws leken verwijderd. Uiteindelijk hielden we een lijst van 23 nepnieuws websites over.

Voor elk platvorm hebben we onderzocht welke artikelen het meest werden gedeeld en hoe vaak die werden gedeeld. Facebook komt hieruit naar voren als de belangrijkste verspreider van nepnieuws. Vervolgens zijn we nagegaan welke artikelen het vaakst gedeeld werden op Facebook. Het populairste artikel werd 140.000 keer gedeeld, maar bleek niet politiek van aard te zijn. Het gaat hier om clickbait met de titel Slechts 1 op de 1000 kan deze test oplossen – deel ‘m als jij het antwoord weet. Op een tweede en derde plek staat wel politieker getint nepnieuws. Het artikel met de kop Staatssecretaris Klijnsma lapte waarschuwingen aan haar laars, levert onze pensioenen nu uit aan Brussel werd 76.000 keer gedeeld en Pech voor Sylvana! Historisch onderzoek toont aan: Sinterklaasfeest heeft niets met slavernij of racisme te maken werd 73.000 keer gedeeld. Beide komen van de website Dagelijksestandaard.nl, een zwaar opiniërend rechts-georiënteerde propagandistische website.

Het nepnieuwsklimaat in Nederland

Met behulp van datatools hebben we geanalyseerd hoe de Nederlandse nepnieuwssites zich tot elkaar verhouden en of deze sites aan elkaar gerelateerd zijn. Daaruit blijkt dat er verschillende sferen van nepnieuws zijn in Nederland. Uit ons dataonderzoek bleek dat Nederland op dit moment, twee maanden voor de verkiezingen, nog niet zo een agressief en politiek geënt nepnieuwsklimaat heeft als de Verenigde Staten. De meeste websites in de VS hebben een politiek karakter en richten zich expliciet tegen Donald Trump, Barack Obama of Hillary Clinton om zodoende het kiesgedrag van de burgers te beïnvloeden. Dit soort websites hebben wij in Nederland (nog) niet of nauwelijks.

Wel bestaat er in Nederland een misinformatie scene die zich afspeelt binnen de complottheorieënwebsites en alternatieve medicijnen websites. In tegenstelling tot de Verenigde Staten zijn er in Nederland relatief weinig politiek gekleurde nepnieuwswebsites. Wel zijn er diverse complotwebsites, die zich richten op de 9/11-samenzweerders en westerse gezondheidscritici. De alternatieve geneeskunde websites staan sceptisch tegenover de westerse geneeskunde. Deze websites worden naar alle waarschijnlijkheid beheerd door dezelfde eigenaar, omdat ze dezelfde domeinnaam hebben. Door een beschermingsmaatregel is het niet mogelijk om de identiteit van de eigenaar te achterhalen.

Nepnieuws een gevaar voor de verkiezingen?

Op dit moment lijkt het Nederlandse nepnieuwsklimaat zwaar onderontwikkeld ten opzichte van dat van de Verenigde Staten. Nederlands nepnieuws is minder politiek van karakter en richt zich vooral op de alternatieve geneeskunde en de complotdenkers.

Het meest gedeelde artikel op Facebook in Nederland werd 140.000 keer gedeeld, terwijl het meest gedeelde artikel in de VS met de titel Obama signs executive order banning the pledge of allegiance in schools nationwide 2,2 miljoen keer de ronde ging. Wat wel opvalt is dat de meest gedeelde artikelen in Nederland afkomstig zijn van de rechts-propagandistische website. Deze website is opzichzelfstaand en bevindt zich niet in een klimaat van soortgelijke websites. Voor nu is er dus nog geen directe aanleiding voor zorgen omtrent de verkiezingen in maart.