‘Hanenpoten met geschiedenis’

Graffitikunstenaar Donovan Spaanstra vindt niet dat de gemeente zich de openbare ruimte mag toe-eigenen. Het CDA wil alle graffiti binnen één week verwijderen, terwijl ‘de eigenaar van een bespoten gebouw juist aangenaam verrast kan zijn.’

AMSTERDAM – 23 jan. Donovan Spaanstra zit in de metro. Neus tegen het glas gedrukt. Als hij geluk heeft staat de metro nog even stil in de tunnel. Hij kijkt naar de handtekeningen van zijn helden uit de jaren tachtig. Graffiti. Bovengronds verdwijnt alles, maar onder de stad blijft het intact. ‘Het is mijn nachtmerrie, dat ook dat verdwijnt. De metrotunnels zijn net grotten onder de stad. De tijd staat er stil.’

In december stemde de Amsterdamse gemeenteraad unaniem in met een voorstel van het CDA om het graffitibeleid van Oud-West en Westerpark in alle stadsdelen uit te voeren. Alle vormen van graffiti worden dan binnen één week verwijderd. Het CDA diende de motie in naar aanleiding van een onderzoek van Siegwart Lindenberg, hoogleraar sociologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn onderzoekt toont een verband aan tussen verloedering van het straatbeeld en criminaliteit. Graffiti is verboden en als mensen zien dat anderen mensen regels overtreden, zullen zij zelf ook eerder geneigd zijn de norm te overschrijden, aldus Lindenberg.

Graffitikunstenaar Donovan Spaanstra, alias Faith71: ‘Ik denk niet dat er veel graffiti is waar mensen elkaar spontaan de kop door inslaan. Het is te eenvoudig om alle graffiti over één kam te scheren. Ik wil het CDA graag uitnodigen om met mij een wandeling te maken door Amsterdam. Dan kan ik ze alle plekken laten zien waar waardevolle en prachtige graffiti te zien is.’

Toch is Spaanstra geen voorstander van het legaliseren van graffiti. Het zou volgens hem een doodssteek zijn voor de graffitiscene. ‘Laat het alsjeblieft niet mogen. Het is heel fijn om af en toe iets te doen wat niet mag. Maar ik vind het onjuist dat de gemeente zich als het ware de muren toe-eigent. Dan gaan de creativiteit en spontaniteit van de stad verloren.’

Huiseigenaren horen volgens Spaanstra zelf te beslissen of zij iets laten staan of niet. ‘Wat voor het CDA verloedering is, is voor de kenner kunst.’ In de Spuistraat spoot hij een paar jaar geleden “Hanneke 5” op een dichtgetimmerd raam. Klaarlichte dag. Een politieagent kwam een paar keer kijken, maar Spaanstra blufte hem af. ‘Ik zei dat ik toestemming had van de eigenaar van het pand en wees naar een man die geïnteresseerd toekeek. Die man was niet helemaal goed, was lekker aan zijn sjekkie aan het lurken en knikte voortdurend.’

“Hanneke 5” staat er nog steeds. ‘De graffiti eromheen wordt continu weggehaald, maar de tekening blijft. Voor mij een teken dat het een geliefd werk is.’ Spaanstra vindt het betuttelend dat het CDA straks mag gaan beslissen dat het raam schoon moet, terwijl de eigenaar van het pand het misschien wel een verrijking vindt. ‘Als “Hanneke 5” verdwijnt, blijft er een bruin dichtgetimmerd raam over.’

‘Geef graffitispuiters een eerlijke kans om het spel te spelen. In iemands hanenpoten zit geschiedenis.’ Als voorbeeld noemt hij Manhattan. ‘Een paar jaar geleden ontdekte een projectontwikkelaar achter wat pleisterwerk krabbels van onder andere graffitipioniers Fab5 Freddie en Futura2000 uit de jaren tachtig. Ooit krampachtig weggewerkt, nu is het voor honderdduizend dollar gerestaureerd en aan een museum gedoneerd.’