Van koets tot Canta: Autostad Amsterdam

AMSTERDAM – In de reeks ‘Van koets tot Canta: vervoer in Amsterdam’ bekijkt NAP Nieuws het vervoer in Amsterdam, met het oog op de autoluwe plannen van de gemeente. Deze keer kijken we naar het heden; hoe de auto de stad domineert.

Om de fiets staat Amsterdam, ook wel ‘cycling capital of the world’, bekend. Maar toch is het niet de fiets die het Amsterdamse straatbeeld domineert. Dat is de auto. Het is de meest gebruikte manier van vervoer in de stad en daarmee bepalend voor de infrastructuur.

Volgens Hoogleraar planologie aan de UvA Luca Bertolini is dat niet verbazingwekkend. ‘Onze economie hebben we zo ingericht dat de auto een centrale rol speelt. We moeten ons afvragen of we dat willen. Een stad is meer dan alleen voor vervoer, ook om te leven, elkaar te ontmoeten, te ontspannen.’

De opkomst van de auto begon in de jaren 50. Door toenemende welvaart kochten steeds meer mensen een auto. Steden over de hele wereld werden daarop ingericht. De auto kreeg een centrale plek in de stad. In Amsterdam zijn de Weesperstraat en de Wibautstraat hier voorbeelden van. Bertolini: ‘Het zijn een soort snelwegen in de stad.’

Extreem inefficiënt

Omdat de ruimte in een stad beperkt is, hebben fietsen, het openbaar vervoer en lopen onder de opkomst van de auto geleden. ‘Er is een constante concurrentie voor ruimte’, zegt Wiard Kuné, adviseur van de gemeente Amsterdam voor Agenda Autoluw, de plannen van de gemeente om de auto te weren uit de stad. ‘Sinds de jaren 80 is er een kentering geweest tegen de negatieve gevolgen van de auto, zoals de leefbaarheid van de stad en de veiligheid op straat.’

Sindsdien hebben andere manieren van vervoer meer ruimte gekregen, maar toch bleef en blijft de auto het Amsterdamse straatbeeld domineren. Zo zijn 29 procent van alle verplaatsingen in de stad met de auto en omdat de auto zoveel groter is dan een fiets, neemt die veel ruimte in. Ook als ze niet rijden. Zo wordt 11 procent van de verharde openbare ruimte in beslag genomen door parkeerplaatsen. Bertolini: ‘De auto is extreem inefficiënt, omdat die zoveel ruimte inneemt.’

En hoewel het aantal auto’s per huishouden in Amsterdam met 0,4 het laagste gemiddelde van Nederland is, daalt het aantal auto’s in Amsterdam door de bevolkingsgroei niet. ‘Er is nog geen trend van echt minder auto’s maar we komen wel op een keerpunt’, aldus Bertolini. ‘Het draagvlak voor een autoluwe stad is groot.’

Overvolle stoepen

Vooral de voetganger kan winnen bij een autoluwe stad. In Amsterdam wordt er relatief weinig gelopen. Twintig procent van de verplaatsingen binnen de stad wordt te voet afgelegd. Dat komt volgens Bertolini deels doordat er meer gefietst wordt, maar ook omdat voetgangers ondergeschikt zijn. Zo zijn er veel smalle looppaden en onduidelijke kruisingen. De gemeente presenteerde deze week nieuw beleid voor meer ruimte voor voetgangers. Kuné: ‘Het is een opgave om dat te verbeteren. De stoepen in Amsterdam staan vol met fietsen, prullenbak en terrassen.’

Maar de auto zomaar weren uit de stad gaat niet. Met name buiten de stad zijn veel mensen afhankelijk van de auto. Zo komt de helft van de bezoekers naar Amsterdam met de auto. Ook winkels en horeca zijn afhankelijk van auto’s en vrachtwagens voor hun leveringen. Kuné: ‘De auto blijft nodig, maar de ruimte die we voor de auto inruimen moet minder worden.’

Hoe de gemeente Amsterdam de stad in toekomst Autoluw wil maken lees je in het derde deel van dit drieluik.

Van koets tot canta: Vervoer in Amsterdam

Deel I: De Amsterdamse vervoergeschiedenis

Deel II: Autostad Amsterdam