Tolken en vertalers nog niet klaar met actievoeren

AMSTERDAM – Vorige maand demonstreerden tolken en vertalers voor de rechtbank Amsterdam en kondigden zij een staking aan. Hoe gaat het nu met deze beroepsgroep en wat staat er nog op de actieagenda? NAP Nieuws ging langs bij tolk Gamal Ahmed om het te vragen. 

De mobiele telefoon van Gamal gaat af zodra hij plaatsneemt op de bank. ‘Er gaan veel berichten over en weer in onze actie-groepschat’, vertelt hij lachend. Na de demonstratie op 13 januari in Amsterdam hebben de tolken en vertalers een week lang gestaakt. Een van tevoren aangekondigde staking, dat wel. Maar ondanks dat de rechters, ambtenaren en officieren wisten dat de beëdigde tolken niet zouden werken, hoort Gamal van advocaten dat het een zootje was in de Nederlandse rechtbanken. Zaken konden niet doorgaan en onderzoeken liepen vast. ‘Als de situatie voor ons niet snel verbetert, gaan we onaangekondigd staken’, vertelt Gamal. ‘Dan zullen ze pas wat meemaken.’

Gamal Ahmed. Beeld: Frederiek Jansen

Missies

De petitie waarin de Actiegroep Registertolken- en vertalers onder andere eist dat geplande bezuinigingen op hun vak worden geschrapt, is inmiddels meer dan drieduizend keer ondertekend. Volgens Gamal zijn er ongeveer duizend mensen actief betrokken bij de acties. ‘Het begint eindelijk eens goed te rommelen.’

Maar de situatie van de tolken en vertalers is eigenlijk al lang niet meer houdbaar volgens Gamal. Sinds hij in het vertaalvak zit, is Gamals loon nooit gestegen. ‘Al sinds 1981 is ons uurloon niet geïndexeerd, kan je je dat voorstellen? Je moet er alles van betalen. Ziektekosten, benzine en belastingen. Onderaan de streep hou je ongeveer acht euro per uur over’, vertelt Gamal. Zijn stem schiet omhoog wanneer hij de woorden acht euro uitspreekt.

Hij is zelf al meer dan twintig jaar werkzaam als vertaler en beëdigde tolk Arabisch. ‘Daarvoor had ik een timmerbedrijf. Toen ik in de jaren negentig mijn rug brak bij een motorongeluk, moest ik wat anders gaan doen.’ Omdat hij al eens vertaalwerk had gedaan voor VluchtelingenWerk, was een opleiding in die richting een logische stap. Toen hij eenmaal een volleerd en beëdigd tolk was, kon hij voor een grote verscheidenheid aan opdrachtgevers werken. ‘Ik ben mee geweest naar Griekenland, Turkije en Libanon om bij missies van de politie en de marechaussee te tolken. Maar ik kan ook ingezet worden bij medische zaken. Zo heb ik wel eens een ‘slecht nieuws gesprek’ gevoerd. Dan moet je iemand vertellen dat hij kanker heeft en doodgaat. Op zo’n moment ben je niet alleen tolk, maar ook mens.’ Natuurlijk is dat heftig, beaamt Gamal. Maar de variatie maakt zijn vak ook mooi.

Gamal en zijn vrouw. Beeld: Frederiek Jansen

Voorwaardelijk

Om kosten te besparen is het Ministerie van Justitie en Veiligheid van plan om lager gekwalificeerde mensen toe te laten in het register van gerechtstolken. ‘Dat betekent in praktijk dat mensen die maar vier jaar in Nederland zijn en de taal nauwelijks beheersen in de rechtbank bij moordzaken kunnen komen te staan’, vertelt Gamal. Volgens hem is het dan heel goed mogelijk dat verdachten vrijuit kunnen gaan omdat processen niet goed verlopen. Onder collega’s doen inmiddels verhalen de ronde over rechtszaken die beperkt werden door gebrekkige taalbeheersing van de aanwezige tolk. ‘Een collega heeft eens een geluidsopname met zijn telefoon gemaakt tijdens een zitting. Toen wist de dienstdoende tolk niet hoe hij ‘voorwaardelijk’ moest vertalen. Uiteindelijk heeft de officier van justitie de zaak moeten schorsen.’ 

‘Op 19 februari zullen meerdere partijen in de Tweede Kamer, waaronder de SP, VVD en de PvdA, vragen stellen aan minister Grapperhaus’, vertelt Gamal. De actievoerders nemen niet met minder genoegen dan loonsverhoging en herwaardering van hun vak. ‘Niet iedereen kan zomaar als tolk in de rechtbank worden ingezet. Je speelt dan echt met mensenlevens.’

Wouter Veraart, hoogleraar rechtsfilosofie aan de VU, noemt de situatie van de tolken en vertalers symptomatisch voor de toestand van de rechtsstaat in Nederland:

‘De afgelopen twintig jaar is er hier alleen maar bezuinigd op de rechtsstaat. Alles moet bedrijfsmatiger en efficiënter, terwijl een goede rechtsgang nauwkeurigheid en tijd vereist. De tolken zijn niet als enige het slachtoffer van het falende beleid. Ook sociale advocaten krijgen te weinig betaald en rechters staan onder grote werkdruk. Als het echt te erg wordt, is er altijd wel een groep die in opstand komt en dan maakt de politiek even wat geld vrij. Maar een systematische oplossing is er tot nu toe nog niet.’