Amsterdamse brouwers worstelen met nieuwe alcoholaccijnzen

Door de recente accijnsverhoging op alcohol schieten de kosten van Amsterdamse speciaalbierbrouwerijen omhoog. Voor een deel van hen wordt het komend jaar erop of eronder. “Een derde van de brouwerijen gaat met verlies draaien.”

“We moeten dit jaar echt meer gaan omzetten om het hoofd boven water te houden.” Do de Heij, co-eigenaar van brouwerij Gebrouwen door Vrouwen, maakt zich zorgen. De accijnsverhoging op alcohol maakt dat hun bieren, met vrolijke namen als Bloesem Blond en Gember Goud, bij sommige horeca-afnemers van de kaart verdwijnen. Hun product wordt simpelweg te duur. “We hebben een prijsstijging moeten doorvoeren van ongeveer 7 procent, en wij waren al relatief duur omdat we zo’n kleine brouwerij zijn.”

Er zijn per 1 januari voor de brouwerijen twee dingen veranderd. Allereerst is er een nieuw rekensysteem ingevoerd, dat in het kort hierop neerkomt: brouwerijen betaalden voor 1 januari accijns op basis van de hoeveelheid suiker die in het bier werd vergist. In het nieuwe systeem wordt de accijns berekend op basis van het alcoholpercentage in het bier. Die systeemwijziging maakte dat brouwers voor bieren met veel alcohol aanzienlijk meer zijn gaan betalen. Ten tweede kwam daarbovenop nog de wettelijke accijnsverhoging van 8,4 procent. Daarmee wil de overheid, naast ongezonde levenskeuzes ontmoedigen, ook extra inkomsten voor het Rijk genereren, mede ter inzet van armoedebestrijding.

De kosten voor een kratje pils stijgen als gevolg van de nieuwe maatregelen nauwelijks, slechts 27 cent. Maar een speciaalbiertje met een alcoholpercentage boven de 9 procent kost de brouwer gemiddeld 67,41 euro accijns per 100 liter, waar dit voor 1 januari nog rond de 40 euro was.

Ook voor het Amsterdamse Bruut! Bier was de kostenstijging op z’n zachtst gezegd onplezierig. Oprichter Sander van Engelen zag de accijns op zijn triple Gajes biertje met meer dan 36 procent stijgen. “Terwijl een pilsje nog geen twee cent duurder wordt. Dat is flink nadelig voor de concurrentiepositie van kleine ambachtelijke brouwerijen. Het is idioot dat de kleine ondernemer, die vaak zo belangrijk is voor de buurt waarin hij opereert, hier weer de grootste klappen opvangt.” Van Engelen berekent de kostenstijging slechts gedeeltelijk door aan zijn klanten. “Je wil speciaalbier ook toegankelijk houden en jezelf niet uit de markt prijzen.” 

De systeemverandering en de accijnsverhoging die per 1 januari zijn ingegaan, vormen voor veel kleine speciaalbierbrouwerijen een uitdaging, ziet Jos Oostendorp, voorzitter van onafhankelijke brouwersvereniging Craft. “Als je daar de gestegen kosten van energie, verpakkingskosten en coronaverliezen van het afgelopen jaar bij optelt, zie je dat de problemen zich opstapelen.”

Het is de zoveelste druppel in een emmer die al vrij vol was, ziet ook Francois Sonneville, sectoranalist Drankensector bij de Rabobank. “Als de industrie van kleine bierbrouwers supergezond was en kosten niet zo hard gestegen zouden zijn in de afgelopen maanden, zouden brouwers deze accijnsverhogingen gewoon moeten kunnen dragen. Maar dit is weer een extra probleem in toch al moeilijke tijden. Het is niet verkeerd dat bedrijven die niet levensvatbaar zijn uit de industrie verdwijnen, dat kan ook ruimte creëren voor sterkere partijen. Maar het zou zonde zijn als nieuwe start-ups hun droom niet meer kunnen waarmaken.”

Kleine brouwers, die minder dan 200.000 hectoliter per jaar produceren, kunnen wel aanspraak maken op een accijnskorting van 7,5%. Daarmee probeert de overheid hen te beschermen tegen de hogere bedrijfskosten ten opzichte van biergiganten als Heineken of Bavaria. Maar volgens Oostendorp is dat niet toereikend. “De kosten zijn door de systeemwijziging nog steeds aanzienlijk gestegen. Korting op hoge kosten betekent nog steeds hoge kosten.” Aankomend jaar wordt een spannend jaar, denkt hij. “We verwachten dat zeker een derde van de brouwerijen met verlies gaat draaien. De vraag is hoe lang je dat volhoudt.”

Volgens Sonneville kregen sommige kleine brouwerijen naast de alcoholaccijns dit jaar nog een andere klap te verduren: de hogere verbruiksbelasting. Op frisdrank en vruchtensappen wordt een zogenaamde suikertaks geheven, om gezondere dranken te promoten. Alcoholvrij bier wordt ook onder deze dranken geschaard en dus moeten brouwers flink meer gaan betalen voor de hoeveelheid suiker in hun alcoholvrije bier. Sonneville: “Dat is vervelend voor kleine brouwers. De belasting op hun alcoholarme of -vrije bier gaat per hectoliter omhoog van 8,33 euro naar 26,13 euro, een tarief dat hetzelfde is als voor een grote brouwer.”

Ook voor De Heij van Gebrouwen door Vrouwen is de suikertaks een doorn in het oog. “Ik vind de accijnsverhoging op alcohol nog best te begrijpen, en het nieuwe rekensysteem is overzichtelijker dan het vorige. Maar de suikertaks op alcoholvrij bier is echt vervelend. Ik hoop dat de branche hierna voorlopig even met rust gelaten wordt.”