Rijke vrouwen waren grote afnemers van kunst, blijkt uit onderzoek van The Female Impact. Dit ontkracht de algemene opvatting dat kunst door mannen, voor mannen werd gemaakt, stelt schrijfster Daan Borrel. Zijn vrouwen op schilderijen daarom te snel geseksualiseerd? En hoe beïnvloedt de male gaze vrouwen in onze huidige samenleving nog meer? NAP Nieuws gaat in gesprek met Daan Borrel en Anna Lawrence, onderzoeker bij The Female Impact.
De grootste afnemer van Vermeers schilderijen was geen man, zoals altijd gedacht werd, maar een vrouw: Maria de Knuit. Dat blijkt uit recent onderzoek van The Female Impact, een project van kunsthistorici verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Zeventiende-eeuwse vrouwen waren verantwoordelijk voor het huishoudelijke budget. Ze kochten meubels, sieraden, en dus ook kunst, ondervond hoofdonderzoeker Judith Noorman.
Haar collega Anna Lawrence vertelt over het project. Ze is mede-onderzoeker bij The Female Impact en buitenpromovendus aan de UvA. Lawrence bestudeert de successen van vrouwelijke kunstenaars en vertelt over de actieve rol van vrouwen in de kunstwereld. ‘Mijn doel is om een eerlijke, volmaakte kunstgeschiedenis te beschrijven.’
Schilderijen waren dus óók voor een vrouwelijk publiek. Die vondst is bijzonder, want lange tijd was de algemene aanname dat kunst gemaakt werd door mannen, voor mannen, schrijft Borrel in haar essay in haar essay ‘Seksuele wezens die kunst kopen’ voor Mister Motley. Vanuit de male gaze zijn veel afgebeelde vrouwen een passief lustobject, stelt Borrel. Maar rijke vrouwen kochten kunst, waren kunstkenners en bepaalden mee aan wat er werd gemaakt. ‘Hebben we kunstwerken waar vrouwen op staan te makkelijk geseksualiseerd?’ vraagt Borrel zich af in haar stuk. En wat kan deze vondst betekenen voor de rol van vrouwen in onze huidige samenleving?
‘Het Melkmeisje’ van Johannes Vermeer zou vanuit die mannelijke blik bijvoorbeeld een erotisch schilderij zijn. Ze is promiscue en straalt seksuele beschikbaarheid uit, schrijft Walter Liedtke in 2009, toenmalig curator van Europese schilderijen van het Metropolitan Museum in New York. Het is een voorbeeld van de manier waarop vrouwen op zeventiende-eeuwse schilderijen geseksualiseerd worden. Misschien wel te snel, stelt Borrel.
De schrijfster denkt hardop na: ‘Wat als we beginnen te rommelen aan die male gaze waarmee we altijd naar kunst hebben gekeken?’
‘Het is belangrijk om te blijven herhalen dat die mannelijke blik er is en waar die voor zorgt’, zegt ze. Het UvA onderzoek fascineert de schrijfster omdat het vrouwen actief maakt en haar doet nadenken over de rol van vrouwen in onze huidige samenleving. ‘Als je de geschiedenis herschrijft, kan dit ook consequenties hebben voor hoe vrouwen zich voelen en gedragen.’
Door de dominante male gaze hebben veel vrouwen de gedachte geïnternaliseerd dat zij altijd de passieve partij zijn, denkt Borrel. ‘Ik heb behoefte aan een nieuw verhaal, waar vrouwen niet passief, maar actief kunnen zijn.’
‘Ik wil dat een beetje nuanceren,’ reageert Lawrence.
‘Ik probeer niet naar de geschiedenis te kijken met het doel iets te vinden wat mij goed uitkomt. Ik zoek naar een eerlijke weergave van de geschiedenis. Door bronnen te lezen met een open blik zie je ineens veel meer’, stelt de onderzoeker. ‘Vrouwen worden namelijk wel genoemd, maar niet expliciet. Vaak waren ze “de vrouw van”, maar ze waren zeker wel actief.’
‘Dat laat dus zien dat kunstgeschiedenis lang vanuit een mannelijke blik werd geïnterpreteerd’, antwoordt Borrel.
De schrijfster vervolgt: ‘Dan worden dit soort dingen niet gezien. Ik vind jullie werk zo bijzonder omdat het vrouwen actief maakt, zonder dat jullie de intentie hebben om vrouwen met dit onderzoek op een podium te hijsen. Actief zijn impliceert namelijk niet dat ze meteen heel goed of heilig zijn. Ze mogen ook fout zijn.’
‘Zeker, er zijn ook een paar verschrikkelijke voorbeelden!’, zegt Lawrence. ‘Vrouwen waren bijvoorbeeld ook betrokken bij de slavernij. Als ze actief zijn, zijn ze goed én slecht bezig.’
De onderzoeker waarschuwt voor verheerlijking van vrouwelijke kunstkopers. ‘De vrouwen die ik bestudeer hielden zich niet zo bezig met het veranderen van het systeem. Ze zochten manieren om over het systeem te onderhandelen en het beste uit hun positie te halen zodat zij kunst konden kopen of maken, ongeacht hun sociale klasse.’
Het team van The Female Impact is niet op zoek naar voorbeelden van vrouwen die we nu ‘feministen’ zouden kunnen noemen. ‘De archiefbronnen moeten gerespecteerd worden. Misschien krijg je dan niet het verhaal waar je op hoopte en word je teleurgesteld,’ legt Lawrence uit. ‘Maar we moeten nuances behouden, en niet de nieuwe bronnen van aanname worden.’
‘De veelzijdige rol van vrouwen erkennen hoort bij een complete beschrijving van de kunstgeschiedenis,’ stelt de onderzoeker.
Borrel voegt daar aan toe: ‘Mijn doel is om vrouwen in de huidige samenleving een eerlijke rol te geven. Dat vrouwen, net als mannen, alles mogen zijn.’
‘Precies. Ze mogen complex zijn,’ concludeert Lawrence.
Borrel knikt. ‘Dat vind ik ook mooi gezegd.’