Vodka Museum put niet uit Russische schatkamers

Het Vodka Museum is sinds november een van de blikvangers van het Damrak. Wie de zaak van dichtbij bekijkt, ziet dat de souvenirwinkel een belangrijke rol in de zaak speelt. Waarom hebben de ondernemers Wijnsma en Bondarev dan een museum opgericht? ‘We willen wat over wodka vertellen.’

AMSTERDAM, 11 feb. ‘Dit is de muts van tsaar Monomach. Hier is de kroon van tsarina Anna Ivanovna. En dit is een Fabergé-ei, met goud ingelegd.’ De trotse directeur Poppe Wijnsma (58) toont de schatten van het Vodka Museum, sinds november gevestigd aan het Damrak. Het valt niet te zien, maar de muts, de kroon en het ei zijn flessen, waarin wodka verborgen zit . De kunstschatten in het Vodka Museum komen niet uit de schatkamers van oude Russische tsaren. Het merendeel van de kunstige wodkaflessen is in de afgelopen twee jaar gemaakt in Russische glasfabrieken.

Poppe Wijnsma en zijn van oorsprong Russische zakenpartner Joeri Bondarev (54) kregen twee jaar geleden het aanbod om een zaak te beginnen in het pand aan het Damrak. ‘Amsterdam is dé toeristische stad in Nederland. En een pand aan de drukste straat van Amsterdam sla je niet snel af.’ In november 2007 openden Wijnsma en Bondarev een souvenirwinkel in het pand, dat ze huren van de vastgoedfamilie Barazani, die zestien panden op het Damrak in handen heeft. Twaalf maanden later ging op de bovenste verdiepingen het Vodka Museum open.

Voorlopig leunt het bedrijf van Wijnsma en Bondarev nog zwaar op de souvenirwinkel. De winkel, die in vloeroppervlak weinig onderdoet voor het museum, loopt met tweehonderd klanten per dag goed, zegt Wijnsma. Het museum heeft slechts twintig à dertig bezoekers op een gemiddelde werkdag, al is het nu nog laagseizoen. ‘Ik zou blij zijn met tweehonderd tot driehonderd museumbezoekers per dag’, zegt Bondarev. ‘We zijn nu bezig met de promotie.’

Waarom hebben de twee ondernemers een wodkamuseum geopend, terwijl een extra grote souvenirwinkel ook had gekund? ‘We willen wat over wodka vertellen’, zegt Wijnsma. Elke bezoeker krijgt een rondleiding door het kleine museum, dat bestaat uit drie verdiepinkjes ter grootte van minimale studentenkamers en een langwerpige verdieping met een bar en enkele loungestoelen. Het hele museum heeft een kleurige, discotheekachtige stijl.

Op de eerste verdiepingen is een tiental afbeeldingen met jaartallen te vinden, die belangrijk zijn in de geschiedenis van de wodka. De serie begint met een foto van Genua. Handelaren uit de Italiaanse stad brachten in 1354 de eerste wodka naar Rusland. In het museum staan vijfhonderd verschillende wodkaflessen. De oudste komt volgens Wijnsma uit het begin van de negentiende eeuw.

Het museum schenkt voorlopig geen wodka aan de bar, maar verkoopt wel afgesloten flesjes. ‘We zijn nog bezig met een tapvergunning’, zegt Wijnsma. Bezoekers boven de 18 jaar krijgen na de rondleiding, die uitkomt in de souvenirshop, een klein flesje met een wodkacocktail naar keuze. ‘Daar zou je anders 5 euro voor betalen, maar het zit bij onze toegangsprijs inbegrepen’, zegt Wijnsma. Een kaartje voor het museum kost zonder korting 7,50 euro.

Iedereen in Nederland mag een museum openen. 440 musea in Nederland zijn lid van de Museumvereniging, die onder andere de Museumkaart (de vroegere Museumjaarkaart) uitgeeft. Om lid te kunnen worden van de vereniging moet een museum aan een aantal eisen voldoen op het gebied van conservering en catalogisering. Een andere eis is dat het museum geen winstoogmerk kan hebben. Wijnsma zou op maar één voorwaarde lid willen worden van de Museumvereniging. ‘Ik ben heel zakelijk. Als ik contributie moet betalen, wil ik die investering terugverdienen.’