Met de buren een auto delen: de oplossing voor een mobieler Amsterdam?

Buurtcoöperaties die auto’s met elkaar delen: Volgens de organisatie DEEL is het de toekomst. In Amsterdam zijn er sinds kort drie door hen opgerichte gemeenschappen die zonder winstoogmerk in dezelfde wagens rijden. ‘Het schept een band.’

Twee Renault’s en twee Peugeots verdeeld over negentien huishoudens: Arne van Huis is er inmiddels aan gewend. Onder begeleiding van de organisatie DEEL startte hij precies een jaar geleden een gemeenschap van autodelers met zijn buren in Tuindorp Oostzaan. ‘Het is tot nu toe nog een beetje hannesen, maar ook waardevol en gezellig.’

Naast de gemeenschap in Tuindorp Oostzaan zijn er nog twee van dit soort ‘buurtcoöperaties’ in Amsterdam: in Centrumeiland op IJburg en sinds deze maand in de Spaarndammerbuurt. Volgens oprichter van DEEL Walter Dresscher, die als ‘DEELversneller’ de buurtcoöperaties bijstaat, kan autodelen helpen bij actuele uitdagingen rondom mobiliteit in Amsterdam. ‘Denk bijvoorbeeld aan een hoge parkeerdruk, vervoersarmoede en files in het centrum door een teveel aan auto’s in de stad.’

Doordat autodelers minder auto’s hebben, nemen ze minder parkeerplek in. Daarnaast blijkt uit onderzoek van de Universiteit Utrecht dat autodelers een stuk minder auto-kilometers afleggen dan vóór ze auto’s deelden. Dit leidt tot minder drukke wegen en minder uitstoot van afvalstoffen. Ook kan autodelen volgens Dresscher financiële voordelen bieden, omdat je als coöperatie bepaalde vaste kosten als een parkeervergunning met elkaar deelt. ‘En wat ik zelf heel erg merk is dat auto’s delen helpt bij een gemeenschapszin in de buurt.’

Kostenmodel
Het initiatief van DEEL werkt als volgt: huishoudens vormen samen met buurtgenoten een coöperatie, met een klein aantal auto’s tot hun beschikking. Samen bepalen ze hoe ze de financiën voor deze auto’s willen regelen. Bijvoorbeeld door per uur en per kilometer te betalen. 

Leden leggen de geschatte kosten elke maand van tevoren in om de coöperatie draaiende te houden. Soms is het zoeken naar het juiste kostenmodel. Van Huis: ‘Wij zijn er nog mee aan het stoeien, mensen rijden soms toch meer of minder dan verwacht. Het liefst willen we meer leden; dan heb je meer inkomsten en balanceren de kosten en het aantal auto’s zich makkelijker uit.’

Van Huis moest eraan wennen dat er niet altijd een auto beschikbaar is. ‘Het is een heel andere mindset, want voor spontane ritjes staan ze niet altijd klaar. Ik plan nu al mijn werk vooruit en als ik een afspraak heb, reserveer ik gelijk een auto.’ En het achterlaten van schoenen, regenjassen en andere eigendommen gaat niet: ‘Tja, de auto is niet meer het verlengde van de huiskamer, of je persoonlijkheid.’

Winst
Het concept van deelauto’s is nieuw, maar kwam lange tijd lastig van de grond. Al in 1972 begon het bedrijf Witkar met het verhuren van kleine elektrische auto’s in het centrum van Amsterdam, maar het initiatief strandde snel omdat er weinig animo voor was. Vanaf de jaren negentig begon de vraag naar deelauto’s in Nederland toe te nemen. In 2021 werden van de 7,6 miljoen auto’s in Nederland 87.800 auto’s gedeeld. Snappcar is in Nederland het bekendste voorbeeld; via hun dienst kunnen klanten een particuliere auto in de buurt voor korte tijd van de eigenaar huren. 

Waar al deze initiatieven een bepaald winstoogmerk hebben, wil DEEL dat juist niét. Buurtcoöperaties houden hun eigen broek op en maken geen winst, en DEELversnellers worden gefinancierd door overheidsinstanties. ‘Als je kijkt naar deelauto’s of deelscooters, zijn burgers sterk afhankelijk van de grillen van de markt, waardoor mensen met minder financiële middelen ze niet gebruiken,’ zegt Dresscher. 

Door als buurtcoöperaties auto’s met elkaar te delen, ontwijk je volgens Dresscher de grillen van de markt. Als DEELversnellers faciliteren zij alleen het proces. ‘Wij zijn een soort school; we leren mensen om zelfstandig als coöperatie te functioneren,’ zegt Dresscher. ‘Hoe minder we als DEEL hoeven te doen, hoe beter we ons werk hebben gedaan.’

De coöperatie in Tuindorp Oostzaan is inmiddels zelfstandig. De leden vergaderen vier keer per jaar en organiseren daarnaast soms borrels. Van Huis: ‘Mobiliteit delen schept wel een band.’