‘Sporten moet uitzondering zijn op avondklok’

Buiten sporten zou een uitzondering moeten zijn op de avondklok die dit weekend hoogstwaarschijnlijk ingaat. De avondklok beperkt mensen nog meer om tijdens de lockdown hun gezondheid te verbeteren. Dat zegt voormalig marathonloper Michel Butter (35).

Butter maakt zich vooral zorgen om de fysieke en mentale weerbaarheid van ouders die te maken hebben met zowel thuiswerken als thuisonderwijs van hun kinderen. ‘Zij hebben het te druk door thuisonderwijs en werk. Het enige moment dat zij kunnen sporten is in de avonduurtjes wanneer de kinderen op bed liggen, maar dat kan straks ook niet meer,’ zegt hij.

De oud-topsporter vreest dat de avondklok het coronaprobleem nog groter zal maken. ‘Mensen sporten al minder tijdens de coronacrisis. Omdat sporten meestal ’s avonds plaatsvindt, gaat dat door de avondklok nog minder worden. Op deze manier worden veel mensen minder fit,’ zegt Butter.

Maar liefst 44 procent van de Nederlands heeft minder gesport door de coronamaatregelen. Dat blijkt uit het onderzoek ‘Sportgedrag en effecten coronapandemie’, uitgevoerd door het marktonderzoeksbureau Ipsos voor de sportorganisatie NOC*NSF.

Preventieve aanpak

Butter pleit voor een preventieve aanpak tegen het coronavirus, waarbij er meer nadruk ligt op mentale en fysieke gezondheid. Een uitzondering op de avondklok voor sporters hoort daarbij. ‘De huidige aanpak heeft maar weinig aandacht voor preventie. Er wordt niet gekeken naar hoe we allemaal fit kunnen worden en blijven. Terwijl sporten zorgt voor een beter immuunsysteem, wat kan voorkomen dat je erg ziek wordt,’ zegt Butter.

Ook Ramón Spaaij, bijzonder hoogleraar Sportsociologie aan de Universiteit van Amsterdam, denkt dat de mogelijkheid om ’s avonds nog te kunnen sporten van belang is. ‘Niet alleen voor de fysieke gezondheid, maar ook voor de geestelijke gezondheid, bijvoorbeeld om de dag te kunnen laten bezinken, tot rust te komen of om ‘uit het hoofd’ te komen. Sport en beweging zijn daar een belangrijk middel voor, naast bijvoorbeeld meditatie en ademhalingsoefeningen,’ zegt Spaaij.

Handhaving

Volgens Spaaij zou de uitzondering voor sporters wel vraagstukken opleveren voor de handhaving. ‘Idealiter zouden mensen slechts mogen gaan wandelen of hardlopen als ze dit in hun eentje doen, maar in de praktijk leidt dit tot ongelijkheid: met name vrouwen voelen zich ‘s avonds alleen op straat onveiliger en zijn daarom terughoudender om in hun eentje buiten te gaan wandelen of hardlopen,’ zegt Spaaij. ‘Een voorwaarde zou daarom moeten zijn dat mensen met één ander persoon mogen sporten,’  vindt hij.

Daarnaast denkt Spaaij dat een uitzondering voor sporters in sommige gevallen zal leiden tot ongewenst gedrag. ‘Zo kan iemand bij vrienden op visite gaan en, na het ingaan van de avondklok, naar huis lopen onder het mom van een sportieve wandeling. Dit is lastig te controleren, maar wil niet zeggen dat dit in de praktijk veel zou voorkomen.’