Op de publieke omroep leeft ‘de stervende radionacht’ voort

Hilversum – Op de publieke omroep krijgt nieuw radiotalent ’s nachts de kans zich te ontwikkelen. En omdat de NPO niet afhankelijk is van adverteerders, hoeft de luisteraar voor de teloorgang van de radionacht niet te vrezen.

Energy drankjes, chips, suikerspinnen, een pak fristi én een netje mandarijnen: het is de riante voorraad van opkomende radiomakers Obi Raaijmaakers (20) en Thijn van Summeren (21). Twee keer per week, op dinsdag- en donderdagnacht, verzorgen zij van 02:00 uur tot 04:00 uur een radio-uitzending op 3FM. Van Summeren: ‘Meestal hebben we ook pils, maar ik was pas na acht uur in de Appie.’

Het Mediapark in Hilversum ligt er dinsdag rond middernacht verlaten bij. De duisternis van de lege parkeerplaats steekt af tegen de TL-buizen die het grotendeels lege gebouw van binnen verlichten. Daarbinnen, in een vergaderzaaltje van de NPO, bereiden Raaijmaakers en Van Summeren hun show voor. De goedgevulde snacktafel doet eveneens dienst als bureau, waaraan ze het draaiboek van vannacht opstellen.

Rauwe gesprekken

Maar de radionacht sterft. Dat schreef Het Parool begin deze week. Doodzonde, was de teneur. Nachtradio is immers een opstapje voor veel beginnende dj’s én een plek voor ‘rauwe gesprekken’.

Deze donderdag won Astrid de Jong met haar NPO 1-programma Nachtzuster de radioprijs De Nachtwacht Award. Onder de vijf genomineerden was er één gemene deler: ze presenteren allemaal programma’s van de publieke omroep. De radionacht mag op commerciële zenders dan in nood verkeren vanwege een gebrek aan nachtelijke adverteerders, op de gesubsidieerde NPO blijft het ’s nachts een levendige boel met programma’s als Parels van de Nacht, Nachtzuster en RickvanV Doet 2.

Raaijmaakers en Van Summeren behoorden niet tot de genomineerden, maar zijn wél twee jonge radiotalenten van het opleidingsplatform van de NPO. Raaijmaakers – bruine bril, blauwe pullover en witte gympies – heeft sinds april zijn eigen nachtshow Obi op 3FM. Sinds augustus helpt Van Summeren – blonde krullen, van top tot teen in het wit – hem bij de productie daarvan.

Smirnoff Ice

‘Dit is voor mij een jongensdroom die uitkomt. Sinds mijn twaalfde wil ik al radiopresentator bij 3FM worden,’ zegt Raaijmaakers. ‘En in de nacht kun je maximaal kutten. Als onderdeel van een prankoorlog had een collega bijvoorbeeld een keer een fles Smirnoff Ice in de studio verstopt. Toen ik die vond, moest ik ‘m leegdrinken – tijdens de uitzending.’

‘Er zijn ’s nachts minder luisteraars, maar wel veel fans: die luisteren altijd. Dat zijn vooral mensen die ’s nachts werken. Daar bouw je een band mee op.’ Luisteraar Michael, bijvoorbeeld. Die wenst Raaijmaakers na de show steevast welterusten via Twitter. ‘Ik vraag dan even hoe het met hem gaat. Toen hij vertelde dat zijn moeder pas was overleden, heb ik de volgende nacht Angels van Robbie Williams voor hem opgezet.’

Of die ene keer dat een stel vanuit de auto belde: ‘Ze reden net weg uit het ziekenhuis, met hun pasgeboren baby. Ze vroegen een plaatje aan voor hun dochter. Welke weet ik niet meer, maar dat ik daar onderdeel van mocht zijn, vond ik bijzonder.’

Gesproken woord

Die band met je luisteraar herkent ook Morad El Ouakili (40), die twee jaar lang het nachtprogramma Gaan! maakte voor NPO 1. ‘Met je luisteraars vorm je een community. Je hebt ’s nachts veel meer tijd om met elkaar in gesprek te gaan,’ zegt hij over de telefoon. Inmiddels heeft El Ouakili de overstap naar de dag gemaakt. Hoewel hij geniet van zijn hervonden nachtrust, koestert hij vooral warme herinneringen aan de nacht. ‘Je voert de meest rauwe gesprekken.’

‘Mocht de nachtradio een commerciële dood sterven, zal die voortleven op de publieke omroep’

Op de NPO zal nachtradio niet verdwijnen, denkt hij. ‘Mensen hebben ’s nachts meer behoefte aan gesproken woord dan aan een vooropgezette muzieklijst. Mocht de nachtradio een commerciële dood sterven, zal die voortleven op de publieke omroep.’

In de groenverlichte 3FM-studio blijkt hoezeer Raaijmaakers inspeelt op de behoeften van zijn luisteraars. De eerste beller deelt een persoonlijk verhaal: de liefde van zijn leven is bij hem weg. Na wat geruststellende woorden zet Raaijmaakers Alles Is Gezegend van Typhoon op. ‘Na zo’n gesprek draai ik geen vrolijk feestnummer.’

Dat persoonlijke is wat nachtradio bijzonder maakt, zegt zowel Raaijmaakers als El Ouakili. Tijdens zijn laatste nachtuitzending in december, belde een van El Ouakili’s vaste luisteraars. ‘Partir c’est mourir un peu,’ zei ze. Snikkend volgde de vertaling: ‘Weggaan, dat is een beetje sterven.’

Tekst: Juliët Boogaard
Video: Josien Beekers