Gemeente gaat actief menstruatiearmoede aanpakken

De gemeente gaat samenwerken met het Armoedefonds om menstruatiearmoede in de stad te bestrijden. Voor de pilot die dit jaar van start gaat, trekt de gemeente ongeveer vijftigduizend euro uit.

Gratis tampons en maandverband op méér openbare plekken in de stad: komend jaar moeten er ’ten minste twintig’ uitgiftepunten bijkomen, vindt de gemeente. Het is voor het eerst dat de bestrijding van menstruatiearmoede in de gemeentelijke begroting is opgenomen, naar aanleiding van een initiatiefvoorstel dat de linkse meerderheid van de raad eind 2022 indiende. Daarin werd het bestuur niet alleen gevraagd om een kortetermijnoplossing – de pilot – financieel te ondersteunen, ook moet er een voorlichtingscampagne worden opgezet én moet de bestrijding van menstruatiearmoede structureel worden opgenomen in het gemeentelijke beleid.

Afgelopen oktober verscheen er voor het eerst een kwantitatief onderzoek naar menstruatiearmoede in Amsterdam, uitgevoerd door non-profitorganisatie Neighborhood Feminists en onderzoeksbureau Opinium. De resultaten zijn duidelijk: menstruatiearmoede in Amsterdam is wijdverspreid. Van de ondervraagden gaf 27 procent aan geen menstruatieproducten te kunnen betalen, ruim 38 procent geeft aan ze dat ze dit met moeite kunnen.

Voorlichtingscampagne

De oplossing voor menstruatiearmoede, die is er dus niet zomaar, vertelt Milka Yemane, raadslid voor Groenlinks en mede-initiatiefnemer van het voorstel. ‘Het gaat enerzijds om het verstrekken van menstruatieproducten, maar ook om het doorbreken van de taboe rondom ongesteldheid’, zegt ze. ‘Voorlichting op bijvoorbeeld middelbare scholen en andere maatschappelijke instellingen is daar een belangrijk onderdeel van.’

De pilot, die komt er, maar over de voorlichtingscampagne is het gemeentebestuur kritischer. Gisteren lieten ze in de officiële bestuurlijke reactie weten een nieuwe voorlichtingscampagne op scholen niet te zien zitten. Omdat scholen hebben aangegeven te worden ‘overladen’ met voorlichtingscampagnes, zet het college liever in op een toevoeging aan de al bestaande voorlichtingen rondom (seksuele) gezondheid van bijvoorbeeld de GGD.

Menstruatie Uitgifte Punten

Stichting Armoedefonds strijdt op landelijk niveau al langer tegen menstruatiearmoede: in Nederland zijn er 1346 Menstruatie Uitgifte Punten (MUP’s) en in Amsterdam zijn er ongeveer dertig. Om ‘snel veel meer’ uitgiftepunten te installeren, werkt het Armoedefonds vanaf dit jaar samen met de gemeente. Eind vorig jaar heeft de stichting daar al 7500 euro voor ontvangen, dit jaar komt daar nog eens 45.000 euro bovenop. Het aantal MUP’s moet van 29 worden uitgebreid naar ‘ten minste vijftig.’

De uitgiftepunten moeten wel aan een paar eisen voldoen. ‘Als er nieuwe punten worden aangemeld kijken we eerst of de doelgroep wel bereikt wordt en of de locatie laagdrempelig is’, vertelt de woordvoerder van het Armoedefonds. ‘Kunnen de mensen voor wie de producten bedoeld zijn het gemakkelijk meenemen? Een kastje in een openbare bibliotheek is bijvoorbeeld zo’n laagdrempelige plek.’ Om ervoor te zorgen dat de uitgiftepunten verspreid over de stad te vinden zijn, gaan de Amsterdamse stadsdelen de komende periode ook zélf locaties aandragen. Locaties waar de gemeente nu aan denkt zijn de Marokkaanse Vrouwen Vereniging in Zuid en het Huis van de Wijk aan het Waterlandplein in Noord.

Brood of tampons

In andere steden zijn dergelijke pilots al van start gegaan, soms al jaren geleden. ‘Den Haag is daar echt voorloper op’, vertelt het Armoedefonds. ‘De pilot bleek daar heel succesvol en onze samenwerking gaat daar nu het tweede jaar in.’

Nu start de pilot dus ook in Amsterdam, waar menstruatiearmoede door het bestuur als een ‘extra hindernis’ wordt beschouwd. Het benoemen van die specifieke hindernis, dát is volgens Yemane van groot belang bij armoedebestrijding. ‘Het is goed om specifieke vormen van armoede te bespreken’, vertelt het raadslid, ‘zodat mensen weten hoe het er in de dagelijkse praktijk uitziet. Er zijn namelijk ook mensen die een keuze moeten maken tussen het kopen van brood en het kopen van menstruatieproducten.’