Amateurjournalisten, kerken, complotdenkers: Salto is al 40 jaar de ‘meest diverse omroep van Nederland’

Wie wil weten wat er echt in Amsterdam speelt, zou eens een avondje naar Salto moeten kijken en luisteren. Op twee televisiekanalen en vier radiofrequenties word je overspoeld met diverse stemmen en ideeën uit de stad. Van journaals gericht op de Surinaamse gemeenschap tot senioren die sieraden maken, en van meditatiesessies met een spirituele coach tot amateurjournalisten die over het buurtfeest verslag uitbrengen. Voor elke Amsterdammer met een camera of microfoon is zendtijd bij deze omroep. Dit jaar bestaan ze precies veertig jaar lang.

Salto werd in 1984 opgericht en kreeg van de gemeente de licentie om de officiële publieke omroep van de stad te zijn. De omroep werkt met een zogeheten open-accessmodel, waarbij de programmering niet binnenshuis wordt ontwikkeld maar door iedereen mag worden aangeleverd. Daar worden geen eisen aan gesteld, behalve dat de maker in Amsterdam moet wonen. In 1992 begon ook AT5 met uitzenden, een meer traditionele stadszender met een redactie die eigen programma’s ontwikkelt. De twee vormen inmiddels samen de Publieke Omroep Amsterdam. Daarvoor ontvangen ze subsidie van de gemeente. Afgelopen jaar was dat ruim 5 miljoen euro, waarvan iets minder dan een miljoen bestemd was voor Salto.

Programmering op vertrouwen

Het team van Salto is klein, slechts vijf mensen zijn voltijd in dienst. Netwerkmanager Joris van de Sande is eindverantwoordelijk voor de programmering van de televisiekanalen en radiofrequenties. Hij heeft niet genoeg tijd om alles te controleren wat makers insturen. ‘Dat gaat grotendeels op vertrouwen,’ zegt hij vanuit zijn kantoor op de Piet Heinkade met uitzicht over het IJ. Met nieuwe makers voert hij wel eerst een kennismakingsgesprek. ‘Ik zeg altijd dat er twee dingen zijn waar ze zich aan moeten houden: de grondwet en de mediawet. Verder maakt het me niet zoveel uit wat ze zeggen. Dat zou ook tegen het principe van Salto ingaan, wij willen juist elke stem laten horen.’ 

Dat is wel eens een keer misgegaan. ‘Acht jaar geleden kregen we bijvoorbeeld klachten over een uitzending van een Ghanese kerkgemeenschap waarin een pastoor opriep om homo’s op te hangen,’ vertelt van de Sande, die naast zijn werk als netwerkmanager ook meewerkt aan uitzendingen van PrideTV op Salto. ‘Daar ben ik wel achteraan gaan bellen.’ De pastoor is geschorst als radiopresentator en moest een rectificatie publiceren. Maar de kerkgemeenschap mocht wel blijven uitzenden. ‘De Ghanese gemeenschap in Amsterdam telt bijna 15.000 mensen, en wordt nergens anders vertegenwoordigd,’ aldus Van de Sande.

Joris van de Sande voor een muur met posters als aandenken aan succesvolle live-uitzendingen tijdens grote evenementen zoals Amsterdam Pride en Amsterdam Dance Event.

De Beer is Los

Makers kunnen korte clips aanleveren via de website van Salto. Maar de omroep biedt enthousiastelingen ook de kans om live televisie en radio te maken. Op locatie, zoals studenten aan de Hogeschool van Amsterdam die op hun campus een eigen studio hebben, of vanuit de studio’s op het hoofdkantoor van Salto. Het huren van deze studio’s, waarvan de muren in vrolijke kleuren zijn beschilderd, kost een paar euro per uur. 

In Studio 4 neemt het goedlachse grijze echtpaar Michiel en Bep van Eenige hun radioprogramma De Beer is Los op. Michiel begon in 1977 met uitzenden op een piratenzender, maar in 1984 vond hij zijn thuis bij Salto. Nog steeds maakt hij radio, nu ook al bijna twintig jaar samen met zijn vrouw. Ze draaien Nederlandstalige muziek en spreken met luisteraars, die in kunnen bellen om plaatjes te verzoeken. Voor hun neus ligt een a4tje met een draaiboek, dat is opgeleukt met allerlei verschillende lettertypes. Dat alles niet altijd volgens dit plan verloopt, mag de pret niet drukken. Als Michiel de juiste jingle even niet kan vinden, kletst Bep gezellig de stilte vol: ‘Oh jee, ben je nog aan het zoeken? We kunnen ook niet alles perfect doen, lieve luisteraars.’

Bep en Michiel van Eenige in de techniekruimte van de radiostudio.

Alternatieve media

Een paar kamers verderop zit Ab Gietelink, volledig in het zwart gehuld, voor het green screen in de televisiestudio. Hij houdt even pauze van het voorbereiden van zijn praatprogramma Alternatief.tv. ‘Ik ben blij dat ik hier terecht kan, want ik heb een beetje ruzie met de mainstream media,’ vertelt hij. In zijn programma behandelt hij maatschappelijke thema’s zoals de oorlogen in Oekraïne en Palestina, maar ook het vaccinatiebeleid tijdens de coronacrisis. Hiervoor nodigt hij soms ook gasten uit, zoals oud-hoogleraar Kees van der Pijl die in opspraak raakte wegens zijn opvattingen over onder meer 9/11 en MH17. Het onderwerp van vandaag is meer emotioneel: verlaten vaders. Want ook daar mag volgens Gietelink wel meer aandacht voor komen.

Ab Gietelink in de televisiestudio.

Salto werkt nog met honderden andere makers naast het echtpaar De Beer en de heer Gietelink. ‘En we hebben altijd ruimte voor meer,’ vertelt netwerkmanager Van de Sande. Maar hoeveel kijkers en luisteraars ze hebben, weet hij dan weer niet. ‘Dat maakt ons eigenlijk ook niet uit. Als je op kijkcijfers af zou gaan, zouden al onze programma’s nooit gemaakt worden. Maar wij willen juist de ondervertegenwoordigde gemeenschappen een plek geven. Daarom durf ik wel te zeggen dat SALTO de meest diverse omroep van Nederland is.’