‘Ik zou iedereen een bed willen geven, maar dat kan helaas echt niet’

Vier maanden per jaar is er op verschillende plekken in de stad een (nacht) winteropvang voor dak- en thuislozen geopend. Om er te verblijven moet je aan bepaalde, aangescherpte criteria voldoen. Slechts bij vorst mag iedereen naar binnen. Maandagavond werden er daarom voor het eerst weer mensen weggestuurd. 

Door het komen en gaan van druk kwebbelende kinderen valt misschien niet direct op dat naast voetbalvereniging SDZ in West, een dak- en thuislozenopvang ligt. Achter hoge hekken aan de Transformatorweg bevindt zich namelijk de nachtopvang van HVO-Querido. De poort staat wagenwijd open. Twee grote beveiligers begroeten iedereen vriendelijk. Als je geregistreerd staat mag je vanavond naar binnen.

Pasje, het geluid van het slot, zakken leeghalen. Dan verder de TL-verlichte trap op. Halverwege een lange witte gang met veel deuren klinkt geroezemoes. In de gemeenschappelijke ruimte zijn de al aangekomen logés begonnen aan hun eerste maaltijd. Voor wie wil, volgt een tweede ronde om acht uur. Aan lange picknicktafels worden praatjes gemaakt. Hier en daar rolt iemand een sjekkie. 

‘Ha Rabi!’ Een man vliegt begeleider Rabi Allani aan. Hij wil graag iets on-the-record hebben. ‘Deze man heeft een groot, groot hart.’ Gister zat hij er wat doorheen. ‘Toen draaide Rabi Irakese muziek voor me en gaf me deze schone nieuwe jas. Rabi is een goed mens.’ Allani glimlacht voorzichtig. ‘Ik ken ze inmiddels zo goed; ik probeer soms iets extra’s te doen.’

Vier maanden nachtopvang

Allani werkt sinds het begin van deze winteropvang ‘op de groep’. De winteropvang zorgt vier maanden lang voor maximaal honderd slaapplekken voor Amsterdamse dak- en thuislozen. Daarnaast is hier een 24-uursopvang waar kwetsbaren een traject lopen om weer terug de maatschappij in te komen. ‘In de nachtopvang hebben we nu gemiddeld zeventig gevulde bedden per nacht. Tenzij het vriest natuurlijk.’

Maandagavond is de eerste avond na een periode van vorst. Tijdens zo’n periode bepaalt de GGD of de Winterkouderegeling (WKR) van kracht wordt. Die regeling houdt in dat iedereen, met of zonder papieren, bij de Transformatorweg en andere opvanglocaties naar binnen mag. Maar maandagavond worden dus voor het eerst weer mensen weggestuurd. 

Om half acht zijn dat er al zes. ‘Dat is zeer schrijnend,’ zegt Allani. ‘Ik zou zo iedereen een bed geven, maar dat kan helaas echt niet.’ 

Vrije bedden

De vraag die rijst is waarom er dan nog vrije bedden in de winteropvang zijn, aanmelden kan als je aan de criteria voldoet, maar niet iedereen doet dat. Wethouder Groot Wassink zet zich volgens Allani extreem in voor opvang, ‘maar er is gewoon erg veel dakloosheid.’ Het aantal dak- en thuisloze mensen in Amsterdam komt volgens De Regenboog Groep in 2023 neer op 17 duizend. 

Sinds een tijd gelden er dan ook een aantal regels om toegang te krijgen tot de winteropvang. Je moet bijvoorbeeld een jaar aan Amsterdam verbonden zijn. Dat houdt in dat je minstens een jaar geleden op de radar van de GGD, je werk, ziekenhuizen, politie, of andere instanties moet zijn verschenen. Voor de WKR geldt dat niet. Onder het vriespunt is iedereen welkom en worden mensen in Amsterdam zelfs opgehaald met busjes van Veldwerk. 

‘Op dat soort dagen zorgen we dat iedereen een bed heeft,’ zegt Allani. ‘Ik zet zelfs veldbedjes in de gang naast de meterkast. Ik laat niemand in de kou.’

De vele verschillende soorten opvang kunnen soms verwarren, maar volgens Allani werkt het in het voordeel van de mensen zonder dak of thuis. ‘We kijken per persoon wat diegene het best past. Soms heeft iemand psychische begeleiding nodig, soms slechts een dak. Andere keren moet iemand afkicken. Een gescheiden moeder met kinderen zet je niet naast een afkickend persoon.’ 

Een veilige plek

Aan een tafel zit Benjamin (30). Hij wil zijn achternaam niet vertellen en moet nog even schakelen naar het hebben van een gesprek. ‘Ik ben het vertrouwen in de mens verloren, weet je,’ vertelt hij. ‘Maar hier voel ik me veilig, hier zijn ze lief.’ 

Benjamin zegt veel meegemaakt te hebben. Volgens Allani is hij niet verslaafd, maar heeft hij psychische problemen. Hij verloor tijdens corona zijn baan in de horeca en belandde in een neerwaartse spiraal. ‘Bij Benjamin zie je wat een winter lang buiten zijn met je doet: verwarring. Hij is zo achteruit gegaan sinds we hem hier ‘s avonds zien verschijnen.’ Benjamin zelf denkt dat de winteropvang hem wel kansen biedt. ‘Als ik goed slaap, kan ik beter nadenken waar ik naartoe wil. Hier zijn motiveert mij.’