Wat betekent het noodplan voor onderwijsongelijkheid in de stad?

AMSTERDAM – Afgelopen maandag overhandigden de besturen van Amsterdamse basisscholen een noodplan voor het tegengaan van het lerarentekort aan minister Slob (Onderwijs). Met instemming van ouders mogen de scholen de maatregelen die het plan voorstelt – basisscholen kunnen kiezen voor grotere klassen, onbevoegde gastdocenten of een lesweek van vier dagen – per direct doorvoeren. Heeft het noodplan gevolgen voor de onderwijsongelijkheid? 

Abdelhamid Idrissi (30) werd in 2018 uitgeroepen tot Amsterdammer van het jaar met zijn studiezalen: mengelingen tussen buurthuizen en bijlesklassen voor kinderen in Nieuw-West en inmiddels ook in Noord. Hij wil met de inmiddels 26 zalen de achterstand die kinderen onder meer op onderwijsvlak hebben wegnemen. Door het noodplan dat de besturen van Amsterdamse basisscholen afgelopen maandag overhandigden aan minister Slob, een verzameling maatregelen die het lerarentekort in Amsterdam moeten opvangen, vreest hij dat de kansenongelijkheid juist alleen maar toeneemt. 

Het plan geeft basisscholen die door lerarentekorten in de problemen komen een aantal opties: kiezen voor grotere klassen, onbevoegde gastdocenten voor de klas zetten, of voor een vierdaagse lesweek. ‘Ik begrijp dat het plan nodig is, maar de de kwetsbare wijken worden in alle opzichten het hardst getroffen,’ zegt Idrissi. ‘De kinderen hier hebben te maken met armoede, ongeschoolde ouders, kleine woningen met grote gezinnen. Dat zorgt voor achterstanden en de scholen moeten dat inhalen. De kinderen hebben een extra dag onderwijs nodig, maar krijgen nu een dag minder.’

Het lerarentekort is in Nieuw-West extra groot, zegt Idrissi. ‘De leraren hebben het hier extra druk. Op een gegeven moment moeten ze voor zichzelf kiezen en vertrekken ze. Naar betere scholen, vaak binnen de ring. Terwijl we in deze wijken juist de beste docenten nodig hebben.’

Van West naar Nieuw-West 

Docent Thijs Roovers (41) staat juist op het punt een school waar het gebrek aan docenten meevalt te verruilen voor een school in Nieuw-West. De Leonardo da Vincischool in Amsterdam West is de enige school waar hij heeft gewerkt na het afronden van zijn opleiding. Vorige week zegde hij zijn baan op. ‘Ik verlaat de school niet omdat ik het er niet naar mijn zin heb, maar omdat ze me hier niet nodig hebben. Een school met een schrijnender lerarentekort wel. Ik kies voor kinderen die geen andere keuze hebben.’ 

Op de scholen waar de tekorten het grootst zijn, zitten vaak vooral kinderen van laagopgeleide ouders, zegt Roovers. Volgens een inventarisatie van het Breed Bestuurlijk Overleg (BBO), de vereniging van schoolbesturen in Amsterdam, is het gemiddelde lerarentekort is op dat soort scholen 18,7 procent, met uitschieters tot boven de 40 procent. Op scholen waar vooral kinderen van hoogopgeleide ouders naartoe gaan, is het tekort 5,4 procent. Dat verschil steekt Roovers. ‘Kinderen die minder vaardigheden vanuit huis meekrijgen hebben al een achterstand, en dan krijgen ook nog minder onderwijs.’ 

Over wat het noodplan gaat betekenen voor de onderwijsongelijkheid in de stad is Roovers optimistisch. ‘Het is verschrikkelijk dat het noodplan er moest komen, maar het zit echt goed in elkaar.’ Hij verwacht dat de Amsterdamse scholen solidair met elkaar zullen zijn. ‘Alle drie de opties om het tekort op te vangen zullen zorgen voor verlies van onderwijskwaliteit, wat betekent dat alle schoolbesturen ze zullen moeten doorvoeren. Anders sturen ouders hun kind naar een school die geen van de opties doorvoert. De intentie om solidair te zijn is uitgesproken, de handtekening staat eronder.’ 

Abdelhamid Idrissi gelooft er niet in dat het verlies van onderwijskwaliteit evenredig over de stad wordt verdeeld. ‘Je zal zien dat niet elke school terug gaat naar vier dagen onderwijs, maar vooral de scholen in de kwetsbare wijken. Het raakt vooral de kinderen die al een achterstand hebben.’